Lang voordat Franz Berwald zijn Zweedse landgenoten kon overtuigen met zijn innovatieve symfonieën, schreef hij een kamermuziek werk met soortgelijke grandeur: het Stor Septett in Bes Dur (1828). De jonge en ambitieuze Berwald nam de fonkelnieuwe combinatie bestaande uit klarinet, hoorn, fagot, viool, altviool, cello en contrabas over van Hummel en Kreutzer. Maar hij was minstens even verbouwd met de werken van Ludwig van Beethoven die met een septet grote successen boekte in Europa begin 19de eeuw. Zijn populaire Septett in Es Dur (1800) gold niet zo zeer als blauwdruk maar als een inspiratie voor Berwalds septet, een compositie die de heldere en onafhankelijke stem laat horen van een componist die barst van personaliteit.
Zeven muzikanten van Anima Eterna Brugge treffen elkaar in deze kleine bezetting met strijkers, koper- en houtblazers. Toch verschilt hun aanpak bij kamermuziek niet veel van een 80-koppig orkest: iedere muzikant telt, elk idee is het onderzoeken waard en het hoofddoel blijft het delen van deze sprankelende muziek.
Muzikanten
Lisa Shklyaver klarinet
Jane Gower fagot
Ulrich Hübner hoorn
Helena Druwé viool
Esther van der Eijk altviool
Tine Van Parys cello
James Munro contrabas